Een Punt maken (3): Naar buiten gericht

In de reeks Een Punt maken schrijft deze keer Kees van der Vaart:

Twee verhalen is volgens mij nog geen reeks, we hebben genoeg wiskundigen in de vereniging die mij zo nodig kunnen corrigeren, maar zekerheidshalve voeg ik dus nummer drie toe, dan hebben we zeker een reeks.

Jaap en Jaap hebben al wat verteld over het ontstaan van de Punt en het ontstaan van de recente plannen voor de verbouwing (het is minstens de derde bouwactiviteit aan de Punt, dat is ook zeker een reeks) dus dat sla ik over, ik probeer de link te leggen tussen de activiteiten en ook wat te vertellen over trends.

Maar eerst wat anders. De naam van ons clubgebouw “De Punt” is nooit echt goed ingeburgerd en dat zal ook de komende jaren vast niet meer gaan gebeuren. Tijd voor een nieuwe naam. Ik denk dat die naam iets moet zeggen over gastvrijheid, thuisgevoel en gezondheid. “Herberg” is een beetje uit de tijd, maar wellicht een moderne variant daarop? Goede ideeën zijn welkom.

Dan de relatie tussen de diverse grote bouwactiviteiten in de afgelopen decennia. Het kan geen toeval zijn, grote bouwactiviteiten liepen altijd parallel met veel energie en ontwikkeling binnen de vereniging. In tijden dat veel energie nodig was voor bouwen / verbouwen, aanleggen van velden enzovoort, bleek er ook steeds veel energie te zijn voor andere zaken en sportieve prestaties. Dan is het uiteraard een interessante vraag wat er eerder was, de energie in de vereniging die de bouwplannen tot gevolg had, of de bouwplannen die energie opleverden. Het maakt niet zoveel uit wat er eerder was, het belangrijkste is dat het werkt. Als er ergens veel energie in gestoken wordt gaat dat niet ten koste van andere zaken binnen de vereniging, maar het levert juist extra op. Iets om te onthouden voor over een aantal jaar.

Dan de verschillen, de trend, als we kijken naar de kantine in de diverse perioden. Bij de bouw in 1978 was de kantine vooral naar binnen gericht. Relatief kleine ramen, een centrale plek voor de bar met zoveel mogelijk lengte om aan te zitten. Het gebeurde allemaal aan de bar, dat was the place to be.

Tijdens de opening in 1978 zit men aan de bar. Foto uit het plakboek van Jaap Lock.

Met de uitbreiding van de kantine (in 1991 – red.) ontstond al een verschuiving naar buiten. Grote ramen en de buitenste schil was niet naar binnen gericht maar naar buiten. Het hart van de kantine was nog steeds wel de bar en het aantal krukken dat daar aan paste bleef belangrijk.

De laatste jaren zijn we massaal naar buiten verhuisd, het terras is veel drukker dan de kantine en alleen bij slecht weer is het binnen nog wat drukker. Er zit niemand meer aan de bar en de functie van de bar is veranderd in een plek waar je eten en drinken kunt halen om mee te nemen naar buiten. De nieuwe inrichting van de kantine speelt daar ook op in. Geen hoge bar meer waar je makkelijk aan kunt hangen maar een goede logistiek om eten en drinken op te halen en lege flesjes, kopjes en borden in te leveren. Een raambar en de tafels en stoelen met zicht op het veld. Tot en met de keuken is de kantine naar buiten gericht. Dat hebben nog niet veel mensen kunnen beleven vanwege de corona, maar zelfs vanuit de keuken is er een geweldig uitzicht op het terras en de velden. En zo moet het ook zijn, de kantine is geen doel op zich maar draagt bij aan het beleven van de sport en gezelligheid op de velden. Wie dat gevoel mee wil krijgen moet op zaterdagmorgen vanaf 09.30 uur een poosje in de kantine gaan staan om te genieten van een kleine honderd kinderen (of honderd kleine kinderen) die met veel enthousiasme aan het sporten zijn. Daar doen we het voor, daar word ik blij van. En nu maar hopen dat iedereen weer snel in de kantine mag om dat ook te zien en uiteraard ook te ervaren of de kantine inderdaad gastvrij aanvoelt en een thuisgevoel geeft.

Vanuit de keuken kijk je nu zo het veld op. Klik hier voor meer foto’s.

Dan nog de verbouwing. Een drukke tijd met veel uur klussen, maar ook een leuke tijd. Als het over overeenkomsten gaat kan ik er nog wel een noemen, bouwen en verbouwen bij ODO betekent altijd veel inzet van vrijwilligers, ook deze keer weer. En gelukkig hebben we vakmensen bij de vereniging. Het mooie en functionele ontwerp van Simon, de uitvoering door Theo die deels in zijn vrije tijd en deels als “aannemer” gezorgd heeft voor een fraai en zeer degelijk stuk werk. Het was een plezier om daarbij te helpen, ik heb er veel van geleerd. Wilco zijn hulp bij het slim inkopen, Henk die de garderobe in elkaar heeft gezet, Jos die de verwarming heeft aangepast, Diana, Ilse en Danielle die plannen maakten voor de aankleding van de kantine en nog diverse andere mensen die allemaal hebben bijgedragen. Het is mooi dat er zoveel mensen zijn die er tijd en energie in willen steken.

Deze verbouwing is voor mij denk wel de punt achter grotere bouwkundige zaken, aanleg van velden enzovoort waar ik bij betrokken ben. Ik denk dat we de komende 10 jaar wel weer vooruit kunnen zonder grote bouwplannen en dan mag een ander mijn rol wel overnemen. Maar wie weet, als er binnenkort iemand met het plan komt om onze accommodatie als (één van) de eerste sportaccommodaties geheel gasvrij te maken dan vind ik dat misschien toch wel weer een nuttige en leuke uitdaging.

Kees van der Vaart